Tiroler gröstl met worst en spekjes

Aan de slag

• 1
  Schil of was de aardappelen grondig en snijd in plakjes van 1 cm. Snijd de wortel in plakjes van 1/2 cm. Verhit 1 el olijfolie per persoon in een koekenpan en bak de wortel en aardappelen 20 - 25 minuten op middelhoog vuur. Schep regelmatig om. Breng op smaak met peper en zout.
• 2
  Snijd ondertussen de champignons in plakken. Snijd de rode puntpaprika in de lengte doormidden en snijd vervolgens in reepjes. Snijd de rode ui in halve ringen. Pers of snijd de knoflook fijn. Snijd het vel van de worst open en knijp het vlees uit het vel.
• 3
  Verwarm een hapjespan, zonder olie, op hoog vuur en bak de spekblokjes 3 - 4 minuten. Verlaag het vuur en voeg de roomboter toe samen met de knoflook, rode ui en het worstvlees. Verdeel het worstvlees in grove stukken en bak in 3 - 4 minuten rondom bruin.
• 4
  Voeg de puntpaprika en champignons toe aan de hapjespan met vlees en bak 6 - 8 minuten mee. Schep regelmatig om en breng op smaak met peper en zout. Hak ondertussen de krulpeterselie fijn.
• 5
  Voeg de aardappelen en wortel toe aan de hapjespan of grote koekenpan met groente en vlees. Roerbak samen 2 minuten op hoog vuur. Schep regelmatig om. Verlaag het vuur, bestrooi het geheel met de geraspte belegen kaas en laat het smelten. Verhit ondertussen, in de koekenpan van de aardappel en wortel, doe er wat olie in en bak 1 ei per persoon.
• 6
  Verdeel de gröstl over de borden en leg het gebakken ei er bovenop en garneer eventueel met wat verse peterselie.