Verwarm de oven voor op 200°C. Doe de geraspte aardappel, ui en wortel in een vergiet en knijp er met je handen zoveel mogelijk vocht uit. Doe het in een grote kom. Voeg de zoete aardappel en olie toe en roer alles goed door elkaar. Breng het op smaak met zout en peper.
2
Bestrijk een bakplaat met olijfolie. Verdeel het rostimengsel in deegkoekjes van ongeveer 8cm doorsnede op de bakplaat. Bak gedurende 30-35 minuten of tot de rösti goudkleurig is en de randen knapperig zijn.
3
Meng intussen crème fraîche of zure room, yoghurt, de rasp en het sap van de limoen in een kleine kom. Breng op smaak met zout en peper.
4
Doe de waterkers, radijs en kappertjes in een kom.
5
Leg de rösti op een serveerschaal. Leg de zalm, de waterkerssalade en de crème fraîche op. Breng op smaak met zout en peper.