Cijfers over waterverbruik klinken vaak indrukwekkend—zoals 2.400 liter water voor een reep chocolade of 1.550 liter voor een onsje rundvlees. Maar wat zeggen die getallen eigenlijk écht? 🤔
Volgens Maria Witmer van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) moeten we voorzichtig zijn met dit soort cijfers. Ze noemt het zelfs een “typisch onzinverhaal” dat een grote watervoetafdruk altijd iets negatiefs zou zijn.
Waarom? Omdat die cijfers niets zeggen over waar dat water vandaan komt of hoe het wordt gebruikt. Veel producten, zoals cacao voor chocolade, groeien in natte tropische gebieden waar regenwater (groen water) ruim beschikbaar is en geen druk legt op lokale watervoorraden. Daar is dus helemaal niets mis mee. 🌧️
In Nederland importeren we bijvoorbeeld veel voedsel uit Duitsland, waar gewassen ook voornamelijk met regenwater groeien. Dat heeft een totaal andere impact dan producten die irrigatie nodig hebben in gebieden met waterschaarste, zoals avocado’s of amandelen.
De kern? Niet de hoeveelheid water, maar het type water en de locatie bepalen of iets duurzaam is. Bij Grutto letten we daar goed op. Onze boeren werken zoveel mogelijk met groen water – regenwater dat onderdeel is van de natuurlijke kringloop – en vermijden onnodige belasting van schaarse waterbronnen. 🌿
Kortom: Waterverbruik moet altijd in context worden geplaatst. Grote getallen zeggen niet altijd iets over de werkelijke impact. Bij Grutto maken we daarom bewuste keuzes die zowel duurzaam als verantwoord zijn. 💚
Lees ook: Wat zit er in vlees?
Bronnen: