Zuurkool Wellington met wildrookworst

Zuurkool Wellington met wildrookworst. De frisse zuurkool, de kruidige rookworst van wild hert en het knapperige roomboterbladerdeeg vormen samen een gerecht dat rijk, verwarmend en perfect in balans is. Een vleugje witte wijn en grove mosterd brengen diepte en pit, terwijl de crème fraîche alles mooi rond maakt. Aards, hartig en vol karakter — precies wat een winterdag nodig heeft.

  • Voorbereiding
  • 1 uur en 15 min minuten
  • Dient
  • 4-8
Zuurkool Wellington met wildrookworst

Aan de slag

  • 1
    Halveer de rookworst, verwijder het vel en bak de stukken kort aan in een koekenpan samen met de knoflook.
  • 2
    Voeg de zuurkool toe en bak 2 minuten mee, zodat de smaken goed mengen.
  • 3
    Giet een scheut witte wijn in de pan en laat kort inkoken. Roer vervolgens de mosterd, crème fraîche, peterselie, peper en zout door het mengsel. Laat iets afkoelen.
  • 4
    Rol de plakjes bladerdeeg licht uit tot een rechthoekig geheel. Verdeel het zuurkoolmengsel over één lange zijde van het deeg en rol het stevig op tot een strakke rol. Vouw de uiteinden dicht. Bestrijk het deeg met eigeel of olijfolie voor een mooie glans.
  • 5
    Bak de Wellington in een voorverwarmde oven op 180°C gedurende ongeveer 60 minuten, tot het deeg goudbruin en krokant is.
  • 6
    Laat de rol even rusten en snijd daarna in dikke plakken. Serveer warm, eventueel met een frisse salade of grove mosterd ernaast.