De naam zegt het eigenlijk al: Dit schapenras heeft zijn oorsprong gevonden op het prachtige, Hollandse Texel. Op dit Waddeneiland leven er met een getal van 14.000 net zo veel schapen als dat er mensen wonen. In het voorjaar komen daar nog duizenden lammetjes bij.
In het jaar 1477 werden de Texelaars al beschreven, het is dus niet voor niets de mascotte van het grootste Waddeneiland. In die tijd waren het echter nog geen bijzondere schapen. Het schapenras is meer dan 100 jaar geleden gekruist met polderschapen van verschillende Engelse rassen. De Texelaar werd vervolgens een groot, snelgroeiend en wolrijk schaap. De dieren zijn erg populair doordat ze het best bespierde vleesschaap ter wereld is en ook nog eens veel wol levert. Ook hebben de schapen goede reproductie-eigenschappen.
De Texelaar is van origine helemaal wit, echter is er rond 1968 bij een schapenfokker in Friesland een vreemde ontdekking gedaan. Eén van zijn ooien had namelijk naast twee witte lammeren ook een lam geworpen met een blauwgrijze kleur.
De boer zocht stad en land af, maar vond uiteindelijk een mannelijke zeldzame blauwe Texelaar bij een andere boer. Vanaf dat moment is de pure blauwe Texelaar ontstaan. De blauwe Texelaars zijn uiteindelijk verkocht aan een boer in Utrecht, waardoor het dier tegenwoordig in heel Nederland is terug te vinden.
Op iedere eerste maandag van de maand september wordt er een ‘schapenfokdag’ georganiseerd in Den Burg. Op dit evenement komen mensen van binnen- en buitenland af. Sommigen bezoekers komen zelfs al een paar dagen eerder, zodat ze de beste schapen uit kunnen zoeken. Op de ‘schapenfokdag’ heerst een gezellige drukte in Den Burg, met keuringen en handjeklap. Echt een aanrader om een dagje te bezoeken!
De Texelaar staat bekend om zijn sterke wol, het valt als een luchtig, dik dekentje om het schaap heen. Een enkele scheerbeurt kan tot wel drie kilo aan wol opleveren. Wanneer je een pluk wol je handen houdt, merk je hoe sterk de wolvezels zijn.
De populariteit van de Texelaar is te bewijzen door het feit dat er van over heel de wereld vraag naar is. In de tweede helft van de 20e eeuw ontstond export naar onder andere België, Frankrijk en Denemarken. Later kwamen daar bijvoorbeeld ook nog Amerika, Australie, Nieuw-Zeeland, Rusland en Brazilië bij. Een Hollands, maar internationaal schaap!